Dit is een vervolg op REGEN IN DE NACHT.
Een vraag van een lezeres naar aanleiding van de ‘regen in de nacht’-post van een week geleden:
‘… Ik snap niet hoe tweemaal water ‘duisternis’ oplevert…’
Dat is inderdaad een vreemde associatie, een wonderlijke gedachtengang. De titel van hoofdstuk 29 is ‘Donker’, terwijl zijn beeld bestaat uit een verdubbeling van het Water trigram. Hoe zit dat?
Het Boek van Verandering bestaat uit twee delen. Hoofdstuk 1 tot en met 30 vormen het eerste deel, en beschrijven de transformaties in de natuurlijke wereld. Het tweede deel, hoofdstuk 31 tot en met 64, handelt over alle ontwikkeling en wending in de menselijke samenleving.
Het begin en het einde van het eerste deel worden door vier archetypische natuurlijke fenomenen gemarkeerd: Initiëren, Respons, Donker en Licht. Wat deze gemeenschappelijk hebben, is een beeld dat een verdubbeling is van een trigram. Hoofdstuk 1. Initiëren bestaat uit twee keer het Hemel-trigram. Hoofdstuk 2. Respons uit twee keer het Aarde-trigram. Hoofdstuk 3. Licht uit een verdubbeling van het Vuur-trigram en Hoofdstuk 4. Donker uit twee maal het Water-trigram.
Op de nationale vlag van Zuid-Korea staan juist deze vier trigrammen afgebeeld. Rond de taegeuk, 태극, ‘het grote uiterste’. In het Mandarijn: taichi, 太極. Dit symbool, hier in de kleuren rood en blauw, verbeeldt het immer doorgaande spel van scheiding en aantrekking, de essentiële dynamiek van de schepping. De drie yang-lijnen tegenover drie yin-lijnen representeren zomer en winter. Een yang-lijn verborgen tussen twee yin-lijnen verbeeldt de herfst. Twee yang-lijnen met in hun midden een yin-lijn, het voorjaar. Bij elkaar vier gezichten van verandering.
Deze opstelling van vier trigrammen is een vereenvoudiging van de rangschikking waarbij alle acht trigrammen een plaats innemen, de bagua, 八卦. Daar zijn twee versies van, en hieronder de oudste, De Rangschikking van de Vroegere Hemel, 先天八卦. Aan de bovenzijde het karakter qian, 乾 en beneden dat van kun, 坤: Hemel en Aarde. Aan de linkerzijde li, 離 en rechts kan, 坎: Vuur en Water.

De trigrammen van Hemel en Aarde stellen de staat van absolute puurheid voor. Enkel ononderbroken lijnen, of enkel gebroken lijnen, soort bij soort, geen enkele vermenging. Diep in de aarde en hoog in de atmosfeer is het steriel. Maar volkomen zuiverheid is geen lang leven beschoren. Waar Hemel en Aarde elkaar raken en in elkaar opgaan, ontstaat de veelheid, het amalgaam. Opgetekend in de 62 hoofdstukken die volgen.
Alles heeft ritme en ritme komt van onbalans. Twee donkere yin-lijnen met een verborgen yang-lijn zijn als een maanbeschenen nacht. Eén yin-lijn verborgen tussen twee yang-lijnen is als de schaduw die onvermijdelijk met het licht van de zon meekomt.
Hoofdstuk 29 wordt verbeeld door niet een, maar twee keer het Water trigram. Geen plasje of meer, maar een diepe zee, vanwaar de naam Het Onpeilbare. Dat is de titel die Richard Wilhelm in zijn I Ching vertaling voor dit hoofdstuk gebruikte. The Abysmal, peilloos, zonder grond, onmetelijk. The Abyss, een kloof, een afgrond, een donkere diepte. Voor de mensen uit voorbije tijden was de oceaan bodemloos, duister, vol ongekend gevaar en monsters. Wij zijn rationeler en lachen om hun naïeve ontzag. Toch weten we meer van het maanoppervlak dan wat er in de diepte van het water zich afspeelt. Twee maal water is inderdaad heel donker. Monsterachtig donker.
Alfred Huang, de auteur van The Complete I Ching nuanceert de titel van hoofdstuk 29 verder.
Kan is a pit. It can also be interpreted as falling. Wilhelm translates Kan as Abysmal and Blofeld as Abyss. In this book the word Darkness is used. The ancient ideograph selected for this gua is a very old and beautiful form. The left half of the ideograph is a symbol for Earth. The right half is made up of two parts. The upper portion depicts a person standing on one foot with the other foot off the ground, which indicates that the person is falling. Directly underneath one foot, there is a vertical line symbolizing a falling movement. The lower portion of the ideograph looks like a pit. We have here the image of someone falling into a pit. The meaning of Kan is twofold, either a pit or falling. In the later version of the ideograph, it should be noted, the picture of the pit was left out.
The Complete I Ching - Alfred Huang
Andere I Ching vertalingen gebruiken als titel voor hoofdstuk 29 ‘A Pit’, ‘Een Kuil’.

Graaf een diepe kuil en al gauw staat er water op de bodem. Gaat het dan later regenen, dan loopt de kuil vol. Water zoekt nu eenmaal de laagste plek. Sla een put en in de donkere diepte hoor je de emmer op het water kletsen.


Het Engelse ‘pit’ en het Nederlandse ‘put’ zijn etymologisch nauw aan elkaar verwant. Beide woorden gerelateerd aan het Oudengelse ‘pytt’, het Oudnoorse ‘pyttr’ het Middelnederlandse ‘putte’ en het Oudhoogduitse ‘pfuzzi’.
Een put heeft wel degelijk een bodem, dus ‘bodemloos’ als karakteristiek voor hoofdstuk 29 is te straf uitgedrukt. Zit je in de put? Er is altijd hoop. Nogmaals Alfred Huang
The central theme of this gua is: falling but not drowned; in danger but not lost. Maintain your confidence: soothe your mind. With assurance and faith, caution and trust, you can pass through any difficult situation. Both Abysmal and Abyss carry the sense of being bottomless. Kan is a pit, but it is not bottomless. There is hope.
The Complete I Ching - Alfred Huang
Kom je onbedoeld op vakje 31 van het Ganzenbord: in de put. En moet je er net zo lang in zitten tot een andere speler hetzelfde lot toebedeeld krijgt. Hij erin, jij eruit.
In den put zitten … in verlegenheid zitten; neerslachtig zijn, down zijn … wellicht ontleend aan het ganzenbord … het lijdt geen twijfel dat wij hier in den put zitten …ja, m’n jongen, je ouwe vader zit leelijk in den put … hy siet dêr raer yn ‘e put …
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden - F.A. Stoett
NB. Vanaf de genesis in Hoofdstuk 1. Initiëren tot en met Hoofdstuk 63. Na De Voleindiging, of ook Perfect, kent de I Ching drieënzestig hoofdstukken. Hoofdstuk 64 draagt de titel Voor de Voleindiging, ofwel Terug Naar Af en is daarom allesbehalve een eindpunt dan wel een definitieve bestemming. Eerder het begin van een nieuwe cyclus. Hmmm, drieënzestig? Dat is exact het aantal vakjes bij het ganzenbord. Dat lijkt genoeg reden voor een wilde viral theorie dat de oude Zhou I wel eens beïnvloed zou kunnen zijn door het oer-Hollandse ganzenbord.
HET BEELD: twee keer het Water-trigram.
Is de vraag zo beantwoord?
Wordt vervolgd …









