HET BEELD van twee trigrammen: onder Vuur, boven de Hemel. Vanaf het aardoppervlak stijgt warmte op. Thermiek voert waterdamp mee, die, als er genoeg hoogte is bereikt, condenseert en wolken vormt. De weerkaatste energie van de zon is de kracht achter de opwaartse stuwing. De door condensatie vrijkomende energie versterkt dit fenomeen alleen nog maa. Is er iets indrukwekkenders dan de in slow motion uitdijende wolken? Dagelijkse kost? Niets bijzonders? In plaats van een volgende reis naar de bergen, blijf dicht bij huis, kijk naar boven, imposante bergformaties drijven aan je voorbij, geen dag hetzelfde. Herontdek de bescheiden stapelwolk, de cumulus humilis. Of de imposante cumulus congestus. En aan het einde van een warme zomerdag, hoger dan een Himalaya reus, de cumulonimbus
Aan de binnenzijde trekt het samen, aan de buitenkant gist het, zwelt het aan, dijt het uit. Vuur onder, Hemel boven het beeld van Gelijkgezinden en Gemeenschap.
Elkaar opstuwen, een cumulatieve cultuur, ideeën die ideeën voortbrengen. Ervaringen, missers en vindingen aan elkaar doorgeven. Staan op de schouders van iemand die op zijn beurt ook op de schouders van een ander staat.
Het beeld van het volgende hoofdstuk 14. - Een Grote Oogst - is exact het omgekeerde: boven Vuur, onder Hemel. Hier staat de zon staat hoog aan de hemel en zijn stralen schijnen op de aarde. Alles ontvangt licht en warmte. De energie van de zon staat aan het begin van al wat leeft.
Het bovenste karakter heet ’tong’. De drie lijnen de een staande rechthoek vormen verwijzen naar een deur of een huis. Daar binnen een enkele horizontale lijn: het cijfer één. En een vierkant dat symbool staat voor mond. Het onderste karakter, ‘ren’, betekent ‘mens’. Bij elkaar duidt dit een groep mensen aan die met één mond spreekt. Een gemeenschap, een groep met een sterke verbondenheid.
Hoofdstuk 13. Gelijkgezinden volgt op hoofdstuk 12. Stagnatie. Het hexagram van Stagnatie is overzichtelijk: het bestaat uit drie gebroken lijnen beneden, en drie ononderbroken lijnen boven. De Hemel boven de Aarde. Op het eerste gezicht lijkt dit de perfecte configuratie, alles bevindt zich op de voorbestemde plek. Maar dan realiseer je dat het daardoor aan alle dynamiek ontbreekt. De Hemel beweegt naar boven, maar was al boven. De Aarde beweegt naar beneden, maar was daar al. Hemel en Aarde bewegen uit elkaar, vervreemding en status quo. De rijken die rijker worden en de armen armer. Het noodzakelijke antwoord op stagnatie ligt besloten in het zoeken van gelijkgezinden en het smeden van coalities. Samenwerken is de doorslaggevende eigenschap van de mens.
Eerst goed kijken hoe iemand anders het aanpakt. Zo moet dat dus blijkbaar. Of juist helemaal niet. Imiteren is de weg - nadoen, kopiëren, dupliceren, herhalen, navolgen - om er eventueel later iets eigens aan toe te voegen. Beter goed gejat dan slecht gedacht. Naast samenwerken is na-apen en verbeteren diep menselijk.
Hoogst opmerkelijk dat we onze kinderen krampachtig iets heel anders proberen bij te brengen. Terwijl onze cultuur gebouwd is op leren door van elkaar af te kijken, vindingen van elkaar over nemen en samenwerking, is op school spieken een doodzonde. Word je er tijdens een examen erop betrapt, dan hang je. Er wordt nu eenmaal verwacht dat je het gevraagde in je eigen woorden formuleert. En dat je vooral niet om je heen kijkt om te zien wat anderen neerpennen. Een beknellende contradictie tussen cumulatieve cultuur en individualisme.
De allesbepalende obsessie met originaliteit vloekt met de noodzaak om samen te denken en samen te werken. De kinderen worden klaargestoomd voor een leven in een samenleving, die met patenten, copyright en eigendomsrecht is dichtgetimmerd. En binnen het eindexamen ontbreekt een test voor imitatie en samenwerken.
Hoe makkelijk laat je je als schrijver beïnvloeden door, voorafgaande of in de periode van het schrijven zelf, te lezen. Een inzicht, een handigheidje met woorden of zinsbouw, tempo of toon worden onwillekeurig overgeheveld naar je nieuwe tekst. Maar goed, van deze beïnvloeding ben je vast bewust, want het lezen en het schrijven liggen in tijd nabij. Wat niet meer actief in herinnering is, en waar je onbewust weldegelijk uit put, zijn al die boeken en kranten die ooit in je leven las, de opiniestukken, artikels en gebruiksaanwijzingen, etiketten op potje, de ondertitels en reclames. Stel je dat alles voor, opgestapeld. Een cumulonimbus onweerswolk reikt met gemak tien kilometer hoog. Hoe hoog reikt jouw stapel van boeken en ander bedrukt papier?


Wat is dan nog werkelijk origineel als het denken en het schrijven doordrenkt is met de ideeën van anderen? Wat is van wie? Er was altijd al een dunne scheidslijn, die tussen inspiratie en plagiaat. En of dat niet ingewikkeld genoeg is, de verafschuwde en omarmde AI-schrijfassistent maakt er helemaal één grote brei van.
Een antwoord, een richting, een horizon? … Schrijven is een langzaam proces, vaak zo moeizaam, dat de schrijver zich met regelmaat afvraagt, waarom er in godsnaam mee door te gaan? Maar schrijven moet juist traag en stroperig zijn om de springerige geest in te binden en bij zinnen te laten komen. Traagheid geeft de woorden diepte en tover. Hoe zou de lezer anders verleid kunnen worden om het te gaan lezen, een vergelijkbaar traag en tijd-consumerend proces?
Ik lees iedere dag op mijn iPad. Handig, ik draag de kranten, mijn favoriete magazines en te lezen boeken met me mee. Geen gesleep, nauwelijks gewicht. Leve de tablet. Maar boeken definitief vaarwel zeggen? Weet wat je mist gaat missen: ezelsoren, de geur van verse inkt, en die van oud papier, een vergeten potlood aantekening, een geschreven opdracht, de datum wanneer gekocht, de binding, het linnen, de bladwijzer, een koffievlek, een vergeten gedroogd blad, een losliggend katern, de verkleurde omslag, ontwerp, typografie, het lettertype, de begrensdheid van dat ene boek, de herinnering van de eerste keer dat je dit boek las, gewicht in je tas, het boek openslaan, bladeren … Een boek is zo veel meer dan alleen maar een tekstdrager. Nee, de liefde voor boeken is niet over te dragen op een tablet.
Als één enkel boek al een wereld in zichzelf is, hoe mooi is dan een stapeltje boeken. Een een plankje vol, en een boekenkast?
Is er iets wat meer de menselijke gemeenschap verbeeld dan een bibliotheek?
Wordt vervolgd in …